De tuinbouwsector wil onafhankelijk zijn van fossiele energie en de CO?-uitstoot naar nul brengen. Technisch is het al mogelijk om CO?-neutraal te telen, maar fossiele energie is nog steeds relatief goedkoop. Een onderzoeksrapport laat zien wat er mogelijk is.
De tuinbouwsector wil in de nabije toekomst vrij van fossiele energie kunnen produceren. Om hier doelgericht naar toe te kunnen werken is het van belang dat de mogelijke wegen daartoe op tijd in kaart gebracht worden. Feitelijk zijn er 2 soorten aandrijfenergie, namelijk groene elektriciteit en geothermie/restwarmte, die elk andere technische oplossingen vereisen afhankelijk van het type teelt (onderverdeeld in koude extensieve teelten, niet, -matig en -zwaar belichte teelten). Als kassen met behulp van elektriciteit worden verwarmd dan is de warmtepomp in combinatie met warmtekoude opslag energetisch en economisch de beste oplossing. Ook bij gebruik van restwarmte of geothermie kan de warmtepomp een rol spelen, maar minder prominent dan in een all-electric energie-infrastructuur. In alle gevallen is een goed ontvochtigingssysteem van belang. Energiesystemen in een fossiel-vrije infrastructuur worden gekenmerkt door hoge vaste kosten en lage variabele kosten. De hoge vaste kosten kunnen verlaagd worden door met lagere capaciteiten te werken wat bewerkstelligd kan worden door betere isolatie en lage temperatuur verwarmingssystemen.
De afgelopen decennia heeft de Nederlandse glastuinbouw al grote vooruitgang geboekt in het verlagen van de CO?-uitstoot, meldt een onderzoeksrapport over verwarming van de glastuinbouw, maar die CO?-uitstoot is nog lang niet nul. Bovendien is de teelt nog lang niet klimaatneutraal. Het door Wageningen University & Research uitgebrachte rapport laat een paar aannemelijke richtingen zien waarin een klimaatneutrale tuinbouw vorm zou kunnen krijgen.
Foto: Wageningen Plant Research