Zeventig jaar na het begin van de Tweede Wereldoorlog staan we
opnieuw herdenkend stil bij wat we nog steeds niet begrijpen: hoe
vreselijk mensen met mensen kunnen omgaan, hoe bijvoorbeeld een
transport van 987 mensen in september 1943 slechts acht overlevenden
kan kennen.
Tijdens die reis stierven de ouders van Etty Hillesum al, zij volgde
drie maanden later. Pas 40 jaar later wordt haar literaire nalatenschap
voor het publiek beschikbaar gesteld. Daaruit komt de essentie
van het lijden, zelfs de opbrengst ervan, krachtig naar voren. Etty wil
niet dat de haat tegen de Duitsers “haar eigen gemoed vergiftigt”,
vindt voor zichzelf bidden kinderachtig, stelt: “in de grootste nood
vraagt het leven om heel andere dingen”.
Hitler vindt ze niet interessant: “De ene keer is het een Hitler en de
andere keer voor mijn part Iwan de Verschrikkelijke ...”
Een verrijkend AO over een vrouw die ondanks alle leed geestelijk
overeind wil blijven.
Inhoudsopgave
4 1939 - 2009
6 Polen, 1 september 1939
7 Haar leven
11 De dagboeken