Zogenoemde concentratiescholen in België, scholen waar veel leerlingen een lage sociaaleconomische status hebben of een allochtone achtergrond, zijn even goed als andere scholen. Dat stelt docente Onderwijskunde Griet Vanwynsberghe (Vives) in een doctoraat voor de KU Leuven. Vanwynsberghe ’s expertise is de Onderwijseffectiviteit en –evaluatie.
Vanwynsberghe onderzocht de carrières van ruim tienduizend leerlingen. “Een leerling die naar een concentratieschool gaat, ervaart daar op lange termijn geen nadeel van, bijvoorbeeld als we kijken naar de prestatie op wiskunde of het studietraject dat ze afleggen in het secundair onderwijs”, zegt ze in een mediabericht.
Dat leerlingen nog steeds slechter presteren in het secundair onderwijs ligt dus niet aan hun oude basisschool, wel aan andere factoren zoals hun sociaaleconomische achtergrond, klinkt het.
“Uit dit onderzoek blijkt dat ouders geen schrik mogen hebben om voor een concentratieschool te kiezen”, aldus Vanwynsberghe. Zij deed onderzoek in twee grootschalige databanken met gegevens over de schoolloopbaan van duizenden leerlingen in bijna 300 lagere en middelbare scholen. Ze kwam tot de vaststelling dat leerlingen die naar een lagere school gaan met veel kansarme kinderen daar op lange termijn geen nadeel van ondervinden, in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht.
Het doet er niet toe of je kind naar een basisschool gaat met veel of weinig kansarme kinderen. Op de latere studieresultaten en schoolcarrière van je kind heeft dat geen enkele invloed. Dat is de conclusie van een doctoraatsonderzoek aan de KU Leuven. Dat onderzocht de gevolgen op lange termijn van de schoolkeuze van lagere schoolkinderen.
Veel ouders schrikken er voor terug om hun kinderen naar een lagere school te sturen waar veel kansarme leerlingen les volgen. Ze vrezen dat de kwaliteit van het onderwijs daardoor minder goed zou zijn. Maar die vrees is onterecht, zegt de Leuvense onderzoekster Griet Vanwynsberghe.
Bron: KU Leuven, VRT - Foto: KU Leuven