Platform Profiel Actueel

Screenshot_20220912-120645_Chrome.jpg

Exclusieve bijdrage Onderwijsraad | Zie onderwijs in coronapandemie als vitale sector

13 sep 2022 | Nieuws

Door Jasper Jans, Senior raadsadviseur Onderwijsraad

Op 5 september jl. publiceerden 14 adviesraden gezamenlijk het rapport Coronascenario's doordacht; handreiking voor noodzakelijke keuzes. Het coronavirus lijkt op dit moment relatief onschadelijk en ‘onder controle’, maar dat het verre van gegarandeerd is dat we voortaan op deze manier met corona kunnen blijven leven. Het virus kan opleven, bijvoorbeeld tijdens het griepseizoen, of muteren naar kwalijkere varianten met alle gevolgen van dien.

Met die gedachte in het achterhoofd hebben 14 adviesraden afgelopen zomer de koppen bij elkaar gestoken om na te denken over de vraag wat de brede maatschappelijke gevolgen kunnen zijn van verschillende coronascenario’s. De Onderwijsraad dacht mee over het onderwijs. Andere betrokken raden waren bijvoorbeeld de Raad voor Cultuur, de Nederlandse Sportraad, de Sociaal-Economische Raad (SER), het College voor de Rechten van de mens en de Gezondheidsraad. Het project stond onder leiding van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).

Het rapport roept overheid en samenleving op om nu na te denken over een brede maatschappelijke afweging en ingewikkelde keuzes. De Onderwijsraad roept het kabinet op onderwijs te zien als vitale sector en alles te doen om het onderwijs zo lang mogelijk open te houden. Het rapport is terug te vinden via www.onderwijsraad.nl.

Vijf scenario’s doordacht voor onderwijs
Het vertrekpunt van het rapport waren de vijf coronascenario’s die de WRR en de KNAW eind vorig jaar beschreven in het rapport Navigeren en participeren in onzekere tijden (2021). De vijf scenario’s die zij daar ontvouwden zijn: verkoudheid, griep+, externe dreiging, continue strijd en worst case.

Om misverstanden te voorkomen: scenario’s zijn geen voorspellingen. De adviesraden wagen zich in dit rapport niet aan een voorspelling van hoe de coronapandemie zich in de nabije toekomst gaat ontwikkelen. De scenario’s zijn bedoeld als denkoefeningen: stel dat we in deze situatie komen, wat zijn dan de gevolgen, wat kunnen we eraan doen en hoe kunnen we ons er op voorbereiden? Over deze vragen hebben de 14 adviesraden zich gezamenlijk gebogen.

1. Verkoudheid
Het beeld dat oprijst over de brede maatschappelijke impact van corona en eventuele maatregelen die in beeld komen, verschilt uiteraard per scenario. In het eerste scenario is er in de maatschappij relatief weinig aan de hand. Het openbare leven gaat door zoals we het gewend waren, maar met enkele veranderingen. Voor mensen die medisch kwetsbaar zijn blijft het coronavirus spannend. Ook kampen veel mensen nog steeds met het postcovid-syndroom (‘long covid’). Voor het overige staat dit scenario in het teken van herstel.

Voor het onderwijs geldt dat onderwijsinstellingen fysiek op en zijn en blijven. Les, college, stage en praktijkleren kunnen allemaal fysiek door gaan. Dit is ook het moment om te blijven werken aan het herstel van de schade die leerlingen, studenten en docenten tijdens de pandemie hebben opgelopen. Daarbij gaat het niet alleen om leerachterstanden, maar vooral ook de sociale, emotionele en psychische impact die de scholensluitingen op jongeren hebben gehad. Belangrijke structurele uitdagingen blijven uiteraard onverminderd belangrijk. Denk aan het lerarentekort of kansenongelijkheid. Extra belangrijk is dat onderwijs en overheid investeren in wendbaarheid. Omdat het virus onvoorspelbaar is, is het ook in dit scenario belangrijk om je niet te laten verrassen door een onverwachte opleving. Nadenken over hoe digitaal onderwijs in te richten, of de adequate afname van examens te garanderen is in dit scenario dus ook aan de orde.

2. Griep+
Bij griep+ krijgen we te maken met een jaarlijks terugkerend piekseizoen, waarschijnlijk in de winter. Dat betekent dat het openbare leven in het voorjaar en in de zomer ‘gewoon’ door kan gaan, maar dat de samenleving vanaf het najaar toch last krijgt van toenemende besmettingen: ziekteverzuim van werknemers neemt in deze maanden toe, wachtlijsten in de zorg worden in de winter langer en horeca en cultuurinstellingen verliezen mogelijk omzet omdat veel mensen het avondje uit even uitstellen. Het leven past zich in dit scenario aan dit nieuwe seizoensritme aan: bijeenkomsten en cruciale activiteiten worden zo veel mogelijk in de zomer gehouden.

Voor het onderwijs wordt ziekteverzuim onder leraren een probleem in de wintermaanden. Onderwijsinstellingen moeten daarop anticiperen. Instellingen kunnen bij de jaarindeling ook rekening houden met de seizoendynamiek door cruciale processen als toetsing en examinering of belangrijke fysieke activiteiten zoals praktijkleren in het voorjaar en de zomer te plannen. Als bepaalde sectoren inderdaad harder geraakt worden door de winterpiek is er mogelijk een taak voor het onderwijs in de om- en bijscholing van personeel in deze sectoren.

3. Externe dreiging
In dit scenario gaan de buitengrenzen van Nederland of de Europese Unie dicht om een nieuwe gevaarlijke variant buiten te houden. Voor een handelsland als Nederland heeft dat grote impact op economie en samenleving. Mensen kunnen bijna niet meer buiten Europa reizen of van buiten Europa naar hier komen. Strenge quarantaineregels worden gehandhaafd. Internationale handel ondervindt grote problemen. Als de Nederlandse grenzen op slot gaan, worden grensregio’s hard getroffen.

Omdat het virus buiten Nederland is, kan het onderwijs in principe gewoon doorgaan. Hoogstens is er bij een lokale uitbraak sprake van een zo lokaal en kort mogelijke overstap naar afstandsonderwijs. Onderwijsinstellingen en opleidingen met veel internationale studenten en docenten ondervinden wel meteen de gevolgen van de grenssluitingen, evenals scholen en instellingen in grensregio’s. De grote gevolgen voor de economie vertaalt zich naar de arbeidsmarktperspectieven van afgestudeerden. Dit heeft gevolgen voor de macrodoelmatigheid van opleidingen. Van onderwijs wordt ook meer inzet op om- en bijscholing verwacht. Aandacht voor herstel en wendbaarheid blijft ook dit scenario belangrijk.

4. Continue strijd
In dit scenario is de maatschappelijke impact van het virus groot. Er ontstaat een kat-en-muisspel tussen virusmutaties en vaccins. Veel mensen worden ziek. De zorg wordt overspoeld en veel sectoren kampen met ziekteverzuim. Er wordt geroepen om ingrijpende maatregelen, maar met de ontwrichtende gevolgen van eerdere jaren in het geheugen is dat steeds lastiger. Toch zullen delen van het openbare leven tot stilstand komen, als was het maar door hoog ziekteverzuim.

Het uitgangspunt ten aanzien van onderwijs is dat scholen en instellingen zo lang mogelijk fysiek openblijven. De overheid en onderwijsinstellingen moet er alles voor doen om dat mogelijk te maken. De Onderwijsraad roept op om het onderwijs als vitale sector te zien en docenten te scharen onder de voorrangsgroepen in de vaccinatiestrategie. Instellingen moeten hun onderwijs wel anders gaan inrichten, bijvoorbeeld met halve klassen of hybride onderwijs. Dit vereist veel van de vaardigheden van docenten, van methodes, didactiek en pedagogiek. Omdat snel geschakeld moet worden werpt investeren in wendbaarheid nu vruchten af. Handhaving van de leerplicht wordt lastig. Instellingen moeten hun studenten en leerlingen wel proberen in beeld te houden. Grote onzekerheid op de arbeidsmarkt vergroot de noodzaak van om- en bijscholing.

5. Worst case
Dit scenario is nauwelijks voor te stellen. Samenleving en economie raken ernstig ontwricht en het wordt moeilijk om zaken als zorg, voedsel en energie te waarborgen. In de zorg geldt code zwart. Mensen trekken zich uit angst terug in kleine bubbels.

Onderwijs moet blijven doorgaan, al was het maar om jongeren perspectief te bieden. Maar hoe, is een grote vraag. Uitval door ziekte (of zelfs overlijden) is aan de orde van de dag. Durven jongeren nog wel naar school? Durven ouders hun kinderen nog naar school te laten gaan? Durven leraren en docenten nog wel voor de klas te staan? Als fysiek onderwijs door kan gaan, dan waarschijnlijk in kleinere bubbels, bijvoorbeeld op buurt- of straatniveau. De relatie tussen onderwijs en arbeidsmarkt is ernstig ontwricht.

Investeer in wendbaarheid
Hoe het coronavirus zich de komende jaren zal ontwikkelen weet niemand. Nadenken over verschillende mogelijke scenario’s stelt je echter in staat om te anticiperen op ontwikkelingen en voorbereidingen te treffen. Voor de Onderwijsraad geldt als uitgangspunt dat het onderwijs zo lang mogelijk fysiek toegankelijk moet blijven.

De Raad roept het kabinet daarom op om het onderwijs te zien als vitale sector en alles te doen om fysiek onderwijs mogelijk te maken. Daarnaast moeten overheid en onderwijs investeren in wendbaarheid zoals een noodplan voor het afnemen van toetsen en examens, voor flexibele capaciteit in gebouwen als we weer afstand moeten houden en zorgen dat de ventilatie op scholen op orde is. Onderwijsinstellingen kunnen de scenario’s ook benutten bij hun voorbereiding. Besturen kunnen bijvoorbeeld nu al bovenschoolse afspraken maken en afspraken met de kinderopvang voor de opvang van kwetsbare leerlingen.

 

 
 

 
Meer over
 

COOKIE INFORMATIE

Voor een volledige werking van deze website wordt gebruik gemaakt van cookies.
Meer informatie over cookies > Accepteren Alleen noodzakelijke cookies