“We worden een fabriek die onderwijs moet leveren. Dat is echt zorgelijk.” Dat zegt Marjolein Held in het mbo-vakblad Profiel van deze maand over het onderwijsvak. Held is voorzitter van de BeroepsVereniging MBO, de nog jonge belangenorganisatie voor mbo-docenten.
Zij vertelt over de huidige situatie: “Wij zijn geconfronteerd met regels waarop we ons onderwijs moeten gaan herinrichten. Onze baan gaat van denken aan de student en maatwerk willen leveren naar productie draaien. Het gaat niet om de vraag: wat is nou echt belangrijk voor de doorstromer, uitgaande van het vak? Je zou kunnen kijken naar de verschillen bij de doorstromers en wat er nodig is voor bepaalde groepen of studenten. Maar daar hebben we het als onderwijspersoneel nooit over gehad. Het wordt opgelegd en wij hebben dat uit te voeren.”
Meer professionele ruimte
Held maakt zich zorgen. “Docenten zien aan hoe er meer uren bij komen, kwaliteitseisen worden opgelegd, opleidingen verdwijnen en aan de andere kant nemen klassen in grootte toe. En er komen meer controlerende taken bij, bijvoorbeeld als het gaat om voortijdig schoolverlaten. Veel docenten vragen zich af of ze wel in het onderwijs willen blijven. Je hebt tijd nodig je eigen invulling te kunnen geven, zoals het onderwijs in Finland biedt. Minder lesuren en meer professionele ruimte. We willen weer eigenaar zijn van ons onderwijs”
Besluitvorming terug naar de basis
In het mbo ontbrak lange tijd een beroepsorganisatie voor docenten. BVMBO wil zich actief richten op positionering, op professionalisering en een platform bieden. Marjolein Held is zelf docent aan het Koning Willem 1 College en voor het BVMBO-werk een dag vrijgesteld van haar functie. Het onderwijs en de besluitvorming daarover moeten weer terug naar de basis, naar de docent. “Met de BVMBO willen we de gemeenschappelijke noemers duidelijk maken en de vorming van ons vak zelf bepalen. Er is ons teveel overkomen, zo is het gevoel. Daar willen we van af. Als we voor een student een stip aan de horizon zetten willen we met de student zelf kunnen bepalen hoe we daar komen.”
Financiële ondersteuning
Het bestuurswerk komt vooral op liefdewerk oud papier, terwijl het apparaat voor bestuurders in het mbo, de MBO-Raad, al vele jaren met een grote organisatie en tientallen experts actief kan zijn. Op de vraag of een deel van het geld van de MBO Raad niet naar de BVMBO zou moeten, zegt Marjolein Held: “ Ja, de bestuurders hebben geld, tijd en volop professionele ondersteuning. Hetzelfde zouden we mogen verwachten voor docenten. Wij zijn immers de spil van het onderwijs.”
(Uit het interview ‘Docent wil zeggenschap over het vak terug’ door Ben Claessens in vakblad Profiel, april, pag 20-21)