Zes September 1948. In Amsterdam wordt Koningin Juliana ingehuldigd. Uit alle delen van het Nederlandse Rijk zijn afgevaardigden naar de hoofdstad getrokken om het imposante schouwspel in de Nieuwe Kerk bij te wonen. Maar op deze zelfde dag bevinden zich twee Nederlanclers duizenden en duizenden kilometers ver van dit historisch gebeuren, in een deel van het Nederlandse gebied dat terecht wel „de achterhoek der aarde" wordt genoemd. Zij komen hier in aanraking met koppensnellers, die nimmer een blanke of zelfs een Maleier hebben gezien, die stom-verbaasd zijn, als ze merken, dat er ijzeren bijlen en messen bestaan, welke beter te gebruiken blijken dan hun stukken steen en bamboesplinters.
Zij ontdekken hier een grote rivier, die tot nog toe op geen enkele kaart was aangegeven en die door hen de Koningin Juliana-rivier wordt gedoopt. Op hetzelfde ogenblik dat u misschien de feestverlichting in steden of dorpen van ons land bewonderde of een dansje maakte ter gelegenheid van de kronings-feesten, danste de missiepater C. Meuwese, begeleid door harmonica-muziek van zijn confrater J. Verschueren in een totaal onbekend oerwoudgebied met koppensnellers, die zojuist van een sneltocht waren teruggekeerd!
Veertien jaar achtereen heeft pater Meuwese gewerkt op het missiestation Kepi in Zuidwest Nieuw-Guinea. Thans is hij enkele maanden met verlof in Nederland. En wie, als wij, het voorrecht heeft gehad lange gesprekken met deze missionaris te mogen voeren komt niet alleen onder de indruk van de wijze waarop de pater van zijn zegenrijk, doch moeilijk werk vertelt, maar beseft ook, dat wij toch eigenlijk veel te weinig afweten, van de wilde Papoea-stammen, onder welke deze missionaris zijn zware pioniersarbeid verricht.
Vandaar dat het ons verheugt u thans in A-O in gedachten te kunnen meenemen
naar de onherbergzame streken, waar nog heden koppensnellers en menseneters
hun weinig vreedzaam handwerk bedrijven.
Reeds thans willen wij
pater Meuwese van
harte dank zeggen voor
de grote medewerking,
die we van hem bij de
samenstelling van deze
A-O mochten onder-
vinden en het unieke
fotomateriaal, dat hij
te onzer beschikking
stelde.
Inhoudsopgave