De kinderen van Syrië gaan de zevende oorlogswinter in. Dit jaar is een recordaantal van 8,5 miljoen kinderen in Syrië en de buurlanden afhankelijk van noodhulp, zo blijkt uit de nieuwste cijfers in de 'crisisupdate kinderen van Syrië' die UNICEF Nederland vandaag publiceert. ‘Sommigen lijken te denken dat de situatie verbetert, maar de oorlog die Syrische kinderen zo hard treft, gaat dagelijks door', zegt Geert Cappelaere, directeur UNICEF Midden-Oosten en Noord-Afrika die net terug is van een bezoek aan Syrië. In het eerste halfjaar van 2017 stierven 332 kinderen door oorlogshandelingen. 'Op deze manier zullen er meer kinderen sterven dan de 630 van vorig jaar'.
Oost-Ghouta is al lange tijd belegerd met ernstige gevolgen voor de bevolking. 'Het beleg moet beëindigd worden om de kinderen levensreddende hulp te kunnen bieden', zegt Cappelaere. Uit UNICEF onderzoek op 27 locaties in Oost-Ghouta bleek deze week dat 1 op de 9 (11,9%) van de kinderen levensbedreigend ondervoed is. Het hoogste percentage ooit gemeten in Syrië. Deze week wist een nieuw konvooi van UNICEF en partners het gebied te bereiken.
Bovenop deze voortgaande noodhulp wil UNICEF deze winter 1,5 miljoen kinderen levensreddende winterhulp bieden zoals dekens en kledingpakketten. Ook willen we kwetsbare families voorzien van een ‘winterbijslag’ of vouchers zodat ze de spullen die hun kinderen het hardst nodig hebben, kunnen betalen. Voor deze hulp is slechts ca. 20% van de benodigde 62 miljoen euro beschikbaar.
Foto: VN