Arabie kennen we als het land van de sprookjes. De rijke Oosterse fantasie heeft figuren geschapen, die bij Jong en oud bekendheid genieten. De naam Duizend-en-een-nacht roept herinneringen op aan beeldschone prinsessen, aan wijze kaliefs, aan sterke reuzen, aan vliegende tapijten en aan andere wonderlijke zaken. Maar er is ook een modern Arabisch sprookje; niet van Duizend-en-een-nacht, doch van vijftig jaar.
Het oeroude Arabie is aangeraakt door de toverstaf der moderne wereld. In een halve eeuw is het schiereiland, dat een overgangsgebied vormt tussen Azie en Afrika, in menig opzicht zo ingrijpend veranderd, dat we het uit de beschrijvingen van een vijftig jaar geleden vaak nauwelijks herkennen.
Aan het begin van deze eeuw was Arabie nog een van de minst bekende landen ter wereld, zodat een schrijver kon zeggen: ,,ln wetenschappelijk opzicht is haast alles in dit land ons nog onbekend." Thans liggen de zaken echter geheel anders. Het land is van Noord naar Zuid en van Oost naar West doorzocht. We zijn goed op de hoogte met de geografische situatie, met fauna en flora, maatschappelijke en politieke situatie, economie, geologie en bodemrijkdommen, van welke vooral de olie een ware revolutie heeft veroorzaakt. Al deze veranderingen hebben niet nagelaten hun stempel te drukken op het traditionele Arabische leven.
Een Engelsman, H. St. J. B. Philby, die 35 jaar in Arabie heeft ge-woond, heeft onlangs aan de leden van het Britse Koninklijke Aardrijks-kundig Genootschap uitvoerig verslag gedaan over de ingrijpende veranderingen gedurende de eerste helft van deze eeuw. A-0 acht het een voorrecht zijn lezers iets van Mr Philby's ervaringen te vertellen en daarmee van het sprookje van modern Arabie.
Inhoudsopgave