Zeker een miljoen Nederlanders maken in hun dagelijks werk gebruik
van een of andere vorm van rekenen/wiskunde. Dan kunnen
we denken aan wetenschappers, financieel deskundigen, artsen, maar
niet alleen aan zulke hoog opgeleiden ook zeer veel andere beroepsbeoefenaren
gebruiken vormen van rekenen/wiskunde. Het ligt voor
de hand dat deze beoefenaren een belangrijk onderdeel uitmaken van
de Nederlandse economie. Maar niet alleen de sectoren van werk en
beroep is rekenen onmisbaar. Voor ieder van ons is het een onmisbare
vaardigheid, immers cijfers en getallen bepalen mede ons leven. Denk
alleen aan ons huishoudboekje, het budgetmanagement.
In dit AO pleit wiskundige Wim Kleijne voor het behoud van de rekenvaardigheid.
Wim weet waarover hij spreekt. Hij zat zijn leven lang in
het onderwijs en was algemeen voorzitter van de staatsexamencommissie
VO resp. algemeen examenleider bij het College voor Examens
voor de staatsexamens voortgezet onderwijs. In dit AO analyseert hij
het belang van rekenen en wiskundige vaardigheid. Hij put daarvoor
onder mee uit de geschiedenis van de cijfers en getallen. Dit AO legt de
vinger op een zwakke plek in het leven van de westerse mens die zichzelf
afhankelijk maakt van de digitale verworvenheden en daarmee
een belangrijk en uniek deel van het eigen vermogen – rekenvaardigheid
– veronachtzaamd.
Inhoudsopgave
5 Terreinafbakening
7 Rekenen een basisvaardigheid
7 Getalsystemen
9 Notatie
11 Een grote stap voorwaarts
12 Een vergelijking
13 Leren rekenen
15 Van leren tot vaardigheid
17 Toen en nu
19 Inhouden
21 Belang
23 De auteur
23 Literatuur